woensdag 19 februari 2014

Cayos de San Felipe, Harry de onfortuinlijke Barracuda

Cayos de San Felipe
Harry de onfortuinlijke Barracuda





Terwijl ik het blog aan het schrijven ben hoor ik een luide plons. Ruben springt overboord. Hij is niet meer te stuiten. Vastberaden gaat hij hier de onderwaterwereld verkennen terwijl wij doorvaren naar Cayos de San Felipe.
Dit eiland vormt onderdeel van een groot natuurgebied. Het bestaat uit hele witte stranden met aangrenzende moerasgebieden. Het water is er glashelder. Pelikanen, leguanen en andere exotische soorten vormen de vaste bewoners hier. Het park is een van de paradepaardjes van Cuba. Het toont het gezicht van pure ongereptheid.

'Ik zweer het je zo'n Barracuda!' klinkt het vanuit het water terwijl net het anker uitstaat. Twee oranje zwemvliezen steken uit het water. Gevolgd door twee bruine harige benen.
Op de zwemtrap klimmend, 'Het kreng was echt bijna anderhalve meter lang daarnet. Gewoon een monster. Heb je die tanden weleens gezien van zo'n bakvis'
Ruben gooit z'n snorkel in de kuip.
'Blub zwom bijna de hele weg mee. Bleef wel op 2 meter. Die ogen man. Die waren toch wel....Had echt geen zin dat hij mij in mijn zwemvliezen beet.'
'Je hebt tweeënhalve km gezwommen', zegt Mark lachend.
'Ik zweer het je, wat een monster. Bleef maar loeren naar me. Is gewoon drie dagen vretuh. Hij heet Blub Vincent. Schrijf je dat even op? Ik noem hem zo. Hoor je dat? '
Zijn avontuur verwoord met zijn Haagsch rollende r doet mij zwichten om het relaas op te tekenen. Zo'n boom van een anders zo'n zelfverzekerde vent die zijn angst een klein beetje laat zien.
Dan moet er echt wel wat geweest zijn.

We krijgen een emmertje vis van een paar passerende mannetjes in een roeiboot. Het moerasgebied van San Felipe blijkt in de avond een keerzijde te hebben.
We vluchten letterlijk voor de muggen en ander bloedzuigend vampier 'tuig'. De natuur is hier fel. Ze toont haar ondoorgrondelijke ruigheid. De muggen zitten overal. Zonder een speciaal pak begin je hier niets. Sowieso gaan we terug naar San Antonio. Om naar Mexico te mogen zeilen moeten we daar uitklaren.

'Jaaaa beet!'
'Trek hem naar binnen.'
'Voorzichtig....langzaam lijn inhalen.'
Jeroen 1 en Ruben trekken aan de nylon draad. De hengel zelf vasthouden is geen optie meer.
Harry laat zich echter niet vermurwen. Wild spartelend hangt de trots van de Cubaanse wateren aan de haak.
'Stelletje rare witte klote reuzen!',zie je hem roepen.
Harry heeft helemaal geen zin om aan boord te komen. Zijn scherpe zaagtanden bijten zich een weg terug naar zee.
'Mooi Jeroen!',Ik pak de lierhendel wel even.' Mark buigt zich voorover in de kuip van de boot.
Tachtig centimeter lang is Harry. De jonge Barracuda maakt kronkelende bewegingen met zijn slangachtige achterlijf.
'Klojo's gooi me terug!',roept hij woest.
Baf! Met een ferme klap slaat Mark op de kop van Harry.
Een snerpende pijn in zijn hersenpan doet Harry werkelijk nog kwader worden.
Het dier maakt spastische bewegingen. Zijn bek staat wijd open en hapt. De ogen puilen uit.
'Mark je moet dat beest niet aaien!', roept Ruben, hij grist de lierhendel uit de handen van Mark
Baf! Baf! Baf! De drie keiharde tikken van Ruben doen de kop van Harry werkelijk helemaal plat gaan.
Het word donker bij de vis. Harry verslapt. Zijn kracht trekt uit zijn lijf. De eens zo trotse Barracuda is klaar voor onze hongerige magen.

Terug in La Gorda kijkt de douanier ons streng aan.
'Weten we wel dat het verboden is om zomaar zonder toestemming te vissen? '
'Bovendien kun je Barracuda's niet eten in deze wateren',vervolgd hij 'Ze voeden zich met giftig plankton. Dat gif nestelt zich in de vis.'
Het blijft bij een berisping. De onfortuinlijke Harry pakt ons terug.

We zitten midden op de Golf van Mexico. Rollend deinen we voor de wind. Alhoewel er is geen wind. De motor staat bij. De lange golven van de Swell ontmoeten elkaar hier vanuit verschillende richtingen. Het maakt het even lastig toeven hier aan boord. Zigzag is een soort van tijdelijke wasmachine .
Cancun ligt zeker nog zo'n 120 zeemijlen weg. Ik denk na over de dingen die nog komen gaan. Zo af en toe film ik hier het leven aan boord. Tijdens de oversteek komt iedereen in een soort van rush.
Slapen, lezen, eten, slapen in willekeurige volgorde word het ons aangereikt.
Ik denk ook na over het gegeven hoe mijn verlies een plek te geven. Het gaat mij momenteel goed af merk ik.
'I'll be sailing on your deep blue eyes', klinkt het door de 'oortjes' van mijn iPad. Het is een lijflied geworden.

De Swell loopt inmiddels op tot soms ruim 3 meter. De golven worden steiler en hoger. Grote koppen spatten rond ons uiteen. Intussen is het gaan waaien. Naarmate wij Mexico naderen ondervinden we steeds meer tegenstroom. We surfen letterlijk van de golven af. Op de snelheidsmeter klokken we soms wel 12 knopen. Toch is ons tempo ten op zichte van het land beduidend afgenomen. De stroom doet ons in werkelijkheid  maar 4 knopen lopen.
Het jacht duikt met zijn kop in een diep dal. Enkele seconden later worden we weer opgetild. De cyclus herhaalt zich talloze malen. Ondanks de snelheid op het land varen we hard. Heel hard. Hele scholen vliegende vissen komen we tegen. Ze scheren als pijlen over het water langs de boot. Aangekomen bij Isla Mujeres vlakbij Cancun worden we getrakteerd op een troep dolfijnen. Geweldig zeilen dit.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten